Je winkelwagen is momenteel leeg!
De biologische wortels en evolutie van het menselijk gedrag
Het was het eerste plantje waarvan ik de naam kende. Lang geleden, ik was amper tien jaar, leerde ik: “Een Kruipertje komt in je mouw of in je broekspijp en kruipt dan naar boven of beneden in de richting van je poepert, gaat dan naar binnen naar je hart en dan ga je dood”. Het heeft grote indruk op me gemaakt. Afgezien van de bangmakerij voor het doodgaan was ik vooral gefascineerd door het simpele maar uiterst doeltreffende mechanisme waarmee het kruipertje kruipt. Misschien dat het zelfs mijn carrière als bioloog heeft bepaald. In ieder geval moet ik er nu ruim 55 jaar later steeds weer aan terug denken.
Het mechanisme is heel eenvoudig. Door de combinatie van stugge kafnaalden en scherpe tandjes op die naalden is de weerstand naar de ene richting vrijwel nihil en naar de andere kant maximaal. Je voelt het gelijk als je er met de hand overheen strijkt. Op een dierlijke vacht of kleding, schuift het kruipertje door de beweging van de ondergrond steeds een eindje op.
Dat ik er nu weer aan denk, komt doordat hetzelfde mechanisme is te zien in de economie en wel in het bijzonder bij de overheidsuitgaven. Vrijwel alle overheidsuitgaven zijn op de één of andere manier prettig voor de mensen. Of het nu wegen, zorg, onderwijs, subsidies of iets anders betreft, een verhoging van de overheidsuitgaven levert zelden weerstand op. Een beperking van de uitgaven wekt daarentegen altijd heel veel verzet op. Protesten op straat, stakingen, handtekeningacties of discussies in de kamer, het gaat nooit van een leien dakje en meestal komt er van de voorgenomen bezuinigingen nauwelijks iets terecht.
Heel anders is het gesteld met de inkomsten van de overheid. Belastinginkomsten zijn direct gekoppeld aan de omzet van de bedrijven, aan onze consumptie en aan de hoeveelheid uitkeringstrekkers. Die factoren gaan op en neer zonder dat we er erg veel invloed op hebben. De minister van financiën zit op een beweeglijke ondergrond. In de vette jaren met veel belastinginkomsten gaan de overheidsuitgaven zonder protest omhoog en in de magere jaren lukt het niet om de overheidsuitgaven te verlagen, zodat inkomsten en uitgaven niet meer in balans zijn. Bij elke fluctuatie van de economie wordt de balansverstoring weer ietsje groter en na enige tijd loopt het fout. Dat noemen ze tegenwoordig kredietcrisis. Slechts weinig landen in de wereld weten dit proces te stoppen.
Behalve in de staatseconomie vinden we het “kruipertje” ook in ons eigen persoonlijke leven. Midden onderin onze hersenen zitten een paar kleine knoopjes die daarvoor verantwoordelijk zijn. Het ene wordt geprikkeld door iedere vorm van genot. Vlak daarbij zit een ander knobbeltje dat ons aanzet tot herhaling en tot meer zodat het eerdere knoopje weer opnieuw geprikkeld wordt. Dat is het dopamine-systeem en het werkt als een kruipertje. Herhaling of ietsje meer genot geeft geen weerstand, maar minderen is erg moeilijk. Na enige tijd geleerd te hebben wat lekker en leuk is, gebruiken we steeds meer van een hele reeks genotsmiddelen zoals suiker, vet, zout, koffie, alcohol en nicotine. Ook onze luxe leefwijze volgt dit kruipertjes effect. Grotere auto, groter huis, luxere keuken, betere baan, nieuwere i-phone, meer apps. De kruipertjes zitten overal en worden zelfs ingebouwd. Al met al gaat dit zo vèr dat het een keer ten koste gaat van onze gezondheid en van ons sociale welzijn en ook van de gezondheid van onze hele aarde. Als we het punt bereikt hebben waarbij we er netto op achteruit gaan, kunnen we spreken van een verslaving en lijden we aan de “meerziekte”. Door die verslaving aan materieel genot raken we geestelijk en sociaal verschraald en worden we steeds eenzamer en ongelukkiger. Dat gevoel doet ons nog sterker naar genot verlangen. We bedenken van alles om op te vallen en contact te hebben. Als zombies zitten we met onze verslavende speeltjes in een hoekje en uit armoede zwalken we van het ene lawaaifeest naar het andere. Omdat ons gevoel van identiteit en eigenwaarde geheel door ons materiële consumptiepatroon wordt bepaald, zijn we de essentie van het leven uit het oog verloren. We worden wanhopig als we iets zouden moeten inleveren.
“Het kruipertje bereikt uiteindelijk je hart en dan ga je dood” Vroeger dacht ik dat het bangmakerij was, maar intussen weet ik dat het waar is.