Je winkelwagen is momenteel leeg!
De biologische wortels en evolutie van het menselijk gedrag
In Altforst komt een parenclub. Afgezien van wilde fantasiën had ik geen idee wat ik me er bij moest voorstellen dus heb ik voor de zekerheid Google geraadpleegd. Het bleek nog erger dan ik al dacht.Volgens Wikipedia komt men er om van partner te ruilen en schijnt het opwindend te zijn om het met z’n allen te doen. Dat ze in Amsterdam van de pot los gerukt zijn, OK, maar in Maas en Waal. Er schijnt echter dat er een markt voor is en dat er geen formele reden bedacht kan worden om dit fenomeen uit Altforst te weren. Volgens de voormalige uitbater van De Kikvorsch is het trouwens veel minder erg dan een discotheek. “Het wordt ook geen hoerekeet. Je moet telefonisch reserveren en je eigen dame meebrengen en van de buitenkant gaan de kinderen van Altforst er niets van zien.” voegde hij er ter geruststelling van de raadsleden aan toe.
Nu ben ik gelukkig geen raadslid of wethouder die er over moet beslissen, en ook geen zedenmeester die er over moet oordelen, maar ook als bioloog heeft het me bezig gehouden. Bestaat er een biologische basis voor een dergelijk gedrag? En zo ja wat is daarvan dan de diepere betekenis?
Allereerst moet ik u bekennen dat ik zelf al jaren met succes een parenclub exploiteer. Zonder vergunning welliswaar, terwijl de geluidsoverlast bij tijd en wijle toch behoorlijk is. Voor mij klinkt het echter als muziek in de oren. Vroeg in het voorjaar komen de eerste klanten nadat ze uit hun winterslaap zijn gewekt van heinde en ver op de door mij geboden gelegenheid af. Vooral bij een regenachtige avond moet je oppassen dat je ze niet vertrapt. In Maas en Waal zijn veel dergelijke gelegenheden. Twee jaar terug trof ik echter tot mijn stomme verbazing een groot aantal bijzonder fors uit de kluiten gewassen parenclubbezoekers in de Alpen. Zij trotseerden de koude sneeuw op de bergpas en toen wij het spoor van ogenschijnlijk diepgevroren maar vastberaden paren volgden, troffen we in het dal een poel van smeltwater met enkele duizenden reeds aangekomen koppeltjes. Ze deden het hele erge met z’n allen en vanwege een tekort aan dames werden deze zelfs regelmatig door meerdere mannetjes bestegen. Het geluid dat deze Bufo bufo alias bruine pad daarbij maakt is een zacht geknor, wat uit een paar duizend kelen aanzwelt tot het gezoem van een motorcrossbaan op grote afstand.
Intussen is vanwege het warme weer de veel luidruchtiger soort Rana esculenta al volop in aktie in mijn parenclub. Deze groene kikkers die tevergeefs door zonnebaden proberen bruin te worden, raken daarbij zeer verhit, of in ieder geval hitsig want als het weer even naar regen dreigt om te slaan, gaan ze met z’n allen in bad en maken een enorm kabaal, waarbij ze alles wat beweegt vastgrijpen in de hoop dat er ooit wel een vrouwtje.bij zal zitten Als het bewegend object terugpiept, is het een mannetje en laten ze los. Dat is een soort geheime afspraak die mannen onder elkaar gemaakt hebben. Het water ziet intussen zwart van de vele tienduizenden kwakbolletjes, ofwel donderkopjes of kikkervisjes en daar gaat het allemaal om. We zouden het haast vergeten, maar bij deze eenvoudige zielen dient sex nog een biologisch doel. Per geslaagde paring zelfs een paar duizend nakomelingen en mij dunkt dat ze voor een dergelijke prestatie ook wel wat plezier mogen hebben. De orgie van de kikkers en padden is echter een pure noodzaak. Zonder de afspraak, “volgend jaar weer, zelfde tijd, zelfde plaats”, zouden de eenzaam zwervende springers elkaar zelden of nooit ontmoeten. Bovendien is de enorme hoeveelheid donderkopjes een manier om de rovers te verzadigen. Die rovers zijn vooral de larven van de grote waterkevers en libellen. Die slaan eenvoudig een paar holle kaken in het kwakbolletje en zuigen het leeg. In mijn vijver is dat elk jaar een vreselijk slagveld, maar vanwege het grote aantal blijven er toch altijd nog genoeg over.
U zult wellicht vinden dat ik hiermee nog weinig begrip voor de Altfortse club bij u heb gewekt, laat staan waardering. Mensen zijn immers geen kikkers. Daar heeft u gelijk in, mensen zijn anders, maar daarover een andere keer.