Van De Doelen naar De Lijnbaan
Tussen Kerst en Nieuwjaar was ik even in Rotterdam. In De doelen mochten een paar honderd amateur pianisten hun favoriete stukje klassieke muziek voor het publiek in de grote zaal spelen. Dat is een bijzondere beleving. In dit moderne, en dus sfeerloze, cultuurpaleis hing een nerveuze stemming van opgewonde familieleden. Verreweg de meeste deelnemers waren in de puberteit, maar er waren ook twaalfjarigen en tachtigers. Zelfs als de muziek je niet bekoort, kunt je ontroerd raken als je er even bij stilstaat dat al deze spelers al jarenlang dag in dag uit vele uren studeren en hun stukjes tot vervelens toe moeten herhalen om maar die mate van perfectie te verkrijgen waarmee ze uiteindelijk gedurende vijf minuten naar buiten durven te komen. Dan luister je met verbijstering en bewondering voor zoveel doorzettingsvermogen en lef. Die bewondering zou natuurlijk ook voor topsporters, circus acrobaten en schrijvers moeten gelden, maar daar sta je meestal niet bij stil. Waarom doen mensen dit? Vanwaar die enorme drang om te presteren en iets te kunnen wat de meeste anderen niet kunnen? Waarom een eigen vertolking willen geven in een muziekstuk wat al duizenden pianisten eerder gespeeld hebben? Wat geeft de voldoening? Die vraag intrigeerde me. Lees verder »