Wonderlijk
Op 7 november gebeurde er iets wonderlijks. Terwijl Nederlandse politici in opperste verwarring over elkaar heen buitelden met een groot aantal tegenstrijdige koopkrachtplaatjes om de mate van nivellering ten gevolge van de inkomensafhankelijke zorgpremie te berekenen, won Barack Obama de verkiezingen voor een tweede termijn als machtigste man ter wereld.
Eigenlijk hadden we zijn overwinning wel verwacht en was het eerder verwonderlijk dat er toch nog zo’n 47 % van de stemmen (ca 20 % van de bevolking) naar een volstrekt ongeloofwaardige tegenstander ging. Het aantal stemmen doet er overigens weinig toe. Het gaat om de kiesmannen. Obama won uiteindelijk 62 % van de kiesmannen. Maar wie was die tegenstander?
Tegenkandidaat Mitt Romney is een gewiekste multimiljonair die via slinkse sluipwegen niet meer dan 14 % belasting betaalt, een absurde geloofsovertuiging uitdraagt die daarmee volledig in strijd is en zich niet schaamt voor het aantal van 18 kleinkinderen. In zijn plannen zou de verplichte ziektekosten- verzekering (Obama-care) weer worden afgeschaft. Over inkomens boven 2,5 ton zou minder belasting betaald worden en steenkoolcentrales en kernenergie zouden voorrang verkrijgen boven duurzame energie. Verder is hij natuurlijk tegenstander van abortus en het homohuwelijk en voorstander van een hardere aanpak van Iran en permanente aanwezigheid in Irak. Niet bepaald een GroenLinkse jongen.
Toch is zijn grote aanhang weer niet zo verwonderlijk als je de twijfelachtige positie van de VS als grootste wereldmacht nader beschouwt. Allereerst is die internationale dominantie op zijn retour. Door een jarenlang importoverschot is de nationale schuld tot recordhoogte opgelopen. De invloed van China, dat juist met een gigantisch exportoverschot als belangrijkste financier van de Amerikaanse schuld fungeert, is steeds sterker voelbaar. Ten tweede staat de interne macht van het grootkapitaal onder druk. De financiële sector heeft geweldige blunders gemaakt en de dominante invloed van big oil en big coal dreigt door Obama te worden gedwarsboomd. Het zit er dik in dat het grote tekort via belastingverhoging door de rijken zal moeten worden weggewerkt. De grootste bedreiging voor de republikeinen is echter dat Obama steunt op een steeds groter aantal inwoners. Romney won weliswaar bij de oudere blanke mannen met een inkomen boven 50.000 en een orthodox protestantse levensovertuiging, bij de veel grotere groep Afro’s en Latino’s, bij de vrouwen en bij de lagere inkomensgroepen won Obama zeer overtuigend. De angst voor machtsverlies onder de rijke blanken is dus reëel. Eigenlijk is het dus heel begrijpelijk en sterker nog, psychologisch gezien is het bijna hetzelfde als het nivelleringsoproer van rechts Nederland.
Het echte wonder van 7 november was echter de overwinningsspeech van Obama. Alle commentaren waren het er over eens dat dit de beste speech ooit was. Natuurlijk vroeg men zich af waarom hij deze speech niet eerder in de campagne had gebracht, waarom hij tijdens zijn eerste debat met Romney niet gelijk met zijn retorische gaven had toegeslagen. In de roes van de overwinning werd het hem vergeven. Was de politieke boodschap zo overtuigend? Nee, sterker nog, de boodschap bestond uit een aantal bekende mantra’s met hier en daar een zin uit eerdere speeches van beroemdheden of een zin uit bekende songteksten. Het ging over een aantal stereotypen zoals spirit en hoop, trots en eenheid en vooral over vaderlandsliefde. De retoriek was subliem, maar de kracht zat hem vooral in het charisma. Het ritme, de klemtoon, de versnelling naar een climax. Kortom zoals een stuk muziek dat zonder woorden na een rustige aanloop opzweept en uiteindelijk mensen uitzinnig maakt. De empathie voor de persoon, die zijn vrouw en dochters omhelst droegen daar sterk aan bij. Obama heeft heel goede tekstschrijvers. Maar hun grootste prestatie is om een betrekkelijk nietszeggende draaggolf te schrijven waarop hun man zich kan uitleven en als een koning kan stralen. Zijn boodschap ging buiten onze cortex om direct naar het hart, of zoals u wilt, naar de spreekwoordelijke onderbuik. Volgens Diederik Samsom was het een kippenvelspeech. De vele duizenden toeschouwers applaudiseerden na iedere zin alsof er geen afzonderlijke individuen bestonden maar één samengesmolten massa. Door de tegenstand in het huis van afgevaardigden en in de senaat kan hij niet veel voor elkaar krijgen, maar op 7 november leek hij toch even de machtigste man ter wereld.
Looking backward update
Met veel moeite heb ik me door het boek “The number that killed us” (John Wiley & Sons, 2012) van Pablo Triana gewerkt. Deze professor aan de business school in Barcelona claimt dat de hele wereldwijde economische recessie van VS hypotheekcrisis tot Eurocrisis, is te wijten aan oneigenlijk gebruik van risicomodellen in de financiële sector, die hij samenvat onder de naam VaR (Value at Risk). Hij legt breedvoerig uit hoe en waarom de hele financiële wereld iets over het hoofd zag wat iedereen al weet, namelijk dat ervaringen uit het verleden geen garantie zijn voor de toekomst. Het is zelfs erger dan dat. Gebruik van gesofisticeerde statistiek om de ervaring uit het verleden mathematisch te beschrijven in kansberekeningen voor de toekomst heeft de gehele financiële wereld verblind en op het verkeerde been gezet. Daardoor zijn enorme financiële risico’s onderschat, konden de kapitaalreserves van banken veel te laag worden en zijn producten verkocht onder een triple A status, die in werkelijkheid waardeloos waren. De vraag is of het een ongeluk was, of dat men er collectief is ingestonken uit onnozelheid en bedwelmd was door het wetenschappelijke aureool van de risicomodellen, of dat er sprake is van moedwillige misleiding. Die vraag wordt niet echt beantwoord, maar duidelijk is wel dat men waarschuwingen vooraf willens en wetens in de wind heeft geslagen en dat vele handelaren en risk managers er een gigantisch financieel voordeel aan hebben overgehouden.
Omdat Pablo Triana zelf één van die personen was die vooraf hebben gewaarschuwd, is een gevoel van verontwaardiging en frustratie in zijn stijl duidelijk te merken. Wellicht is dat ook de reden dat hij geen enkele andere boosdoener meer ziet dan VaR. Daarmee is de analyse van de grootste economische crisis sinds 1930 echter veel te simpel.
In 2012 terugkijkend naar de ineenstorting van het economische systeem zoals Edward Bellamy in zijn bestseller Looking backward in 1888 al deed, zien we een veel meer complexe kettingreactie. Lees verder »
Hoe verkoop ik het de achterban
De kersverse Nederlandse regeringspartners, vertegenwoordigers van rechts en links, zijn het eens over de noodzaak om 16 miljard op de overheidsbegroting te bezuinigen. Gelijk verdeeld over alle inwoners is dat ongeveer 1000 € per persoon. Op het modale inkomen van € 33.000 is het slechts 3 %, maar een achteruitgang van 3 % is wel een behoorlijke trendbreuk want de afgelopen 40 jaar (van 1970 tot 2010) groeide het modale inkomen gemiddeld met 4,5 % per jaar. Het werpt ons materiële welvaartsniveau zomaar terug op dat van het jaar 2008. Bovendien zou een gelijke verdeling over alle inwoners voor een modale alleenverdiener met vrouw en drie kinderen een aderlating van 12 % betekenen en dat is best veel. De vraag is: Hoe verkoop je dat? Lees verder »