Leiderschap
De voorbereidingen voor de presidentsverkiezingen binnen de republikeinse partij en het theater rondom de opvolging van Job Cohen vertonen veel overeenkomst. Dat is opmerkelijk want een grotere politieke tegenstelling tussen die twee partijen is haast niet denkbaar. Ik durf dan ook de stelling aan dat het niet om politieke ideologie of economische principes gaat maar om persoonlijk leiderschap. Leiderschap past eigenlijk niet in het tijdperk van supersnelle chips, nano-technologie, olie en het grote flitskapitaal met de torenhoge bonussen. Leiderschap is eigenlijk iets archaïsch, of nog sterker het is een restant van een oeroude sociale structuur.
Zelfs bij onze naaste verwanten, de gorilla en de chimpansee is leiderschap al van groot belang voor het voortbestaan van een groep. In onze evolutie is het belang van leiderschap alleen maar toegenomen en de criteria voor leiderschap zitten diep in onze genen verankerd. Ik durf dan ook gerust de tweede stelling aan dat de leider niet wordt geselecteerd op rationele gronden maar vanuit de spreekwoordelijke onderbuik waar ons DNA vrij spel heeft. Die gut feelings zijn niet alleen oer- en oeroud, maar ook overal hetzelfde. Vandaar die overeenkomsten. Het gekke is echter dat we dit hardnekkig blijven ontkennen en overal speeches houden en debatten voeren over politieke uitgangspunten. In werkelijkheid is dat allemaal theater en camouflage. Waar gaat het dan wel om?
Om te beginnen moet een aspirant leider er goed uitzien. Omdat in onze oorspronkelijke sociale structuur de leider de meeste nakomelingen verwekt, is een goede DNA- kwaliteit van groot belang en dat wordt beoordeeld op grond van zaken als postuur, symmetrie, neus, tanden, huid en haar. Groot en sterk zijn is een pré, maar zelfs bij de imposante zilverrug is zijn wijsheid en ervaring minstens zo belangrijk. Ook bij de chimpansee is sociale vaardigheid van doorslaggevend belang. Dat is onder andere te zien aan zijn gevolg, dat bestaat uit een klein groepje van opportunistische hielenlikkers. Het is ook te zien aan zijn populariteit bij de vrouwen. Het belang van sociale vaardigheid geldt voor mensen nog sterker maar ook bij ons is de fysieke uitstraling niet onbelangrijk. Zowel Vladimir Poetin, die zich graag als een body builder laat filmen, als vrouwenjagers zoals John Kennedy, gebruikten het als reclame.
Muiterij onder de volgelingen is voor iedere leider fataal. Poetin weet hoe je die effectief moet uitschakelen, maar zelfs Jezus, die beweerde de zoon van God te zijn, werd door een afvallige volgeling ten val gebracht. Een echte leider rekent onmiddellijk demonstratief af met muiterij. Mede daarom heeft Job Cohen het niet gered, maar steeg Mark Rutte in achting toen hij Rita Verdonk aan de kant zette.
Leiderschap kent van nature twee oriëntatierichtingen met bijbehorende leiderstypen. Naar binnen toe gaat het vooral om sociale kwaliteiten, vriendjespolitiek in combinatie met repressie en bemiddelende vaardigheden. In veel culturen wordt deze rol in de praktijk door vrouwen vervuld. Ook bij de chimpansee en in nog sterkere mate bij de bonobo is de dagelijkse leiding vooral in vrouwelijke handen. Naar buiten toe draait leiderschap om kracht ten opzichte van de vijand. Die rol wordt vrijwel altijd door een man vervuld en Jeanne D’Arc was echt een uitzondering terwijl Hillary Clinton niet voor niets een broekpak draagt. Menig leider weet zijn macht te versterken door een vijandsbeeld op te roepen.
Voor dit type leider is de fysieke kracht natuurlijk belangrijker dan de sociale vaardigheid. Maar dat hoeft niet persé belichaamd te worden in het postuur van de leider. Een krachtige uitstraling door een hoge positie op een troon, door meedogenloze repressie of door vertoon van een gedisciplineerd leger met sterke wapens zoals bij Kim Jong-Il, werkt ook goed. Toch is dit principe van machtsvertoon primitief. De mens is veel slimmer dan zijn verwante diersoorten en die eigenschap is niet uit de lucht komen vallen. We zijn er gedurende miljoenen jaren op geselecteerd. Mensen waarderen David meer dan Goliath. Ook in het oeroude Zen Boeddhisme, waaruit het Judo is voortgekomen, heeft slimheid een hogere status dan brute kracht.
In de huidige tijd zijn het slagveld en het duel vervangen door de politieke arena en het debat. Het is verleidelijk om te denken dat het om de argumenten gaat, maar het gaat er om wie gevoelsmatig als winnaar uit de bus komt. Een felle agressieve toon aanslaan is fnuikend, want het maakt de tegenstander sterker. Daarom alleen al zal Nebahat Albayrak het niet redden. Koele minachting en relativerende humor maken de tegenstander belachelijk. Wilders beheerst als geen ander de techniek van framing. Dat is een woordkeus waarbij het publiek gevoelsmatig wordt gemanipuleerd. De woorden roepen associaties op die de stemming bepalen waardoor de argumenten worden overvleugeld. Leugens over de tegenstander zijn een primitievere vorm van framing. De republikeinse kandidaten gebruiken deze methode naar hartelust en kunnen dit in alle vrijheid doen omdat het Amerikaanse publiek over het algemeen te dom is om er doorheen te prikken en de republikeinen zo vooringenomen dat ze er alleen maar van smullen. Ook Wilders gebruikt leugens, maar verpakt die in semantische retoriek met spot en leedvermaak of hij wakkert juist angsten aan. Mark Rutte verpakt leugens in een quasi welbespraaktheid en schijnbare logica die alleen met kennis van keiharde feiten valt te doorzien. Het gaat echter nooit om de inhoud van de leugen, maar om de verslagenheid waarmee de tegenstander ze al of niet pareert.
Een leider moet vooral hoop bieden ook al is die hoop nog zo irreëel. Doemdenkers of zwartkijkers of scherpe probleemanalisten worden nooit leider. Zij kunnen hoogstens adviseren, waardoor de echte leiders geprikkeld worden en tegen beter weten in met getrokken zwaard en opgeheven hoofd ten strijde trekken. Voor leiders zijn problemen een uitdaging. Ook huilers zullen nooit leider worden. Je kunt nog zo gelijk hebben door het voor de zwakken en de armen op te nemen en nog zo veel empathie proberen op te wekken, het werkt niet. Agnes Kant en Mariëtte Hamer zijn hiervan het slachtoffer geworden. De optimist Rutte ontleent er juist een deel van zijn populariteit aan dat hij daar niet in meegaat. Hij is optimist tegen beter weten in maar omdat niet de ratio maar het gevoel telt, werkt het.
Hoewel de PvdA kandidaten er op blijven hameren dat het om de politieke inhoud gaat en niet om de persoon, kunnen ze elkaar over de inhoud niet echt bestrijden. Journalisten voelen met hun journalistieke gut feelings aan wat het volk wil horen en hebben geen interesse in inhoud. Aangezien de media de echte macht hebben, gaat het alleen maar om die ene vraag: Gaat de nieuwe PvdA leider in de politieke arena aartsvijand Wilders verslaan?